Mandarijnen slofjes

Het mandarijntje. Het hele jaar door in de winkel te vinden, maar in de periode rond Sinterklaas is hij in overvloed verkrijgbaar (en smaakt hij naar mijn mening ook het lekkerst). En omdat dit zoete en sappige vitamine C-bommetje niet zo groot is, past hij altijd wel in mijn lunchtrommel zodat ik hem kan eten wanneer ik dat wil. 

Maar naast het eten van een mandarijntje zo uit het vuistje is deze kleine oranje citrusvrucht ook een fantastische smaakmaker in de keuken. En wat is er nu lekkerder dan je familie op sinterklaasavond te verrassen met een overheerlijke zelfgemaakte lekkernij waarin dit ingrediënt de hoofdrol speelt. Ik besloot er dit jaar deze mandarijnen slofjes mee te maken. Ze bestaan uit een heerlijke krokante bodem gevuld met zelfgemaakte zachte amandelspijs die wordt bedekt met een dikke laag luchtige mandarijnenkwark en fris mandarijnensap, en ze zijn versierd met toefjes romige slagroom, sappige partjes mandarijn en knapperige kruidnoten. Mmmmm. 

De slofjes zijn heerlijk licht, luchtig en fris en de combinatie van de mandarijnenkwark met de speculaas-sloffenbodempjes is er één om je vingers bij op te eten. Ze zijn niet heel moeilijk om te maken, je bent er alleen wel even wat tijd mee kwijt. Maar het resultaat is alle moeite dubbel en dwars waard. 

Ingrediënten

• 1 citroen
• 125 g amandelmeel
• 370 g kristalsuiker
• 1 ei
• 250 g bloem
• 2 tl bakpoeder
• 3 tl speculaaskruiden
• 180 g roomboter
• 80 g donkerbruine basterdsuiker
• 3 eidooiers
• zout
• 8 blaadjes witte gelatine
• ca. 9 mandarijnen + extra  voor versiering
• 250 g naturel kwark
• 500 ml slagroom
• kruidnoten, voor versiering

Extra nodig

10 kanoringen of kleine sloffenringen, bakplaat, bakpapier, spuitzak, gekarteld spuitmondje, huishoudfolie, foodprocessor, fijne rasp, citruspers, acetaatfolie 

Tijd (ongeveer)

> 60 minuten bereiding, 17 minuten oven, minstens 2 nachten wachten

• Maak eerst de amandelspijs. 
• Rasp de schil van een halve citroen.
• Doe 125 g amandelmeel, 125 g kristalsuiker, 1 ei en de citroenrasp in een foodprocessor en mix het geheel goed door elkaar tot een homogene massa. 
• Dek het amandelspijs af en plaats 1 nacht in de koelkast. 

• Zeef 250 g bloem, 2 tl bakpoeder en 3 tl speculaaskruiden boven een kom. 
• Voeg 180 g roomboter, 100 g kristalsuiker, 80 g donkerbruine basterdsuiker, één eierdooier en een snufje zout toe.
• Kneed de ingrediënten kort met de hand tot een samenhangend deeg. Kneed echt niet te lang door: zodra er van het deeg een samenhangende bal gevormd kan worden is het goed.
• Verpak het deeg in huishoudfolie en laat het 1 nacht in de koelkast rusten.

• Verwarm de oven voor op 180°C. Bekleed een bakplaat met bakpapier en plaats hier de 10 kano- of sloffenringen op.
• Haal het deeg uit de koelkast en kneed het los. 
• Rol het deeg op een met bloem bestoven werkblad uit tot een dikte van circa 1 centimeter. 
• Druk met een kanoring 10 deegplakjes uit het deeg. Je houdt deeg over, dit kun je invriezen voor later gebruik.
• Leg de deegplakjes in de kano- of sloffenringen. 
• Rol van een deel van het amandelspijs 10 kleine worstjes en leg deze in het midden van de deegplakjes. Je houdt amandelspijs over, dit kun je luchtdicht afgedekt in de koelkast bewaren voor later gebruik. 
• Bak de slofjes in ca. 17 minuten in het midden van de voorverwarmde oven gaar.
• Verwijder de kanoringen meteen na het bakken (voorzichtig!) en laat de slofjes afkoelen.

• Bekleed een snijplank met bakpapier. Plaats hier de sloffenbodems op. 
• Knip 10 stroken acetaatfolie van de rol. Vouw een strook om elke sloffenbodem en plaats hier de ring zo ver mogelijk overheen.  

• Week 5 blaadjes witte gelatineblaadjes minstens 1 uur in ruim koud water. 
• Rasp de schil van 5 mandarijnen en pers ze daarna uit. Meet 100 ml mandarijnensap af.  
• Klop twee eidooiers met 50 g kristalsuiker tot een romig mengsel. 
• Voeg 250 g naturel kwark toe en klop goed door. Voeg de mandarijnenrasp en het -sap toe en klop dit erdoor. 
• Klop in een andere kom 250 ml slagroom met 40 g kristalsuiker dik lobbig.
• Knijp de gelatine uit en smelt deze in een schaaltje in de magnetron op vol vermogen. Let op: de gelatine smelt in een paar seconden.
• Spatel de gesmolten gelatine door het kwarkmengsel en spatel er dan voorzichtig en luchtig de slagroom door. 
• Schenk het kwarkmengsel op de bodempjes in de kanoringen. Strijk glad.
• Plaats de slofjes afgedekt minstens 5 uur, maar liever de hele nacht, in de koelkast zodat het kwarkmengsel op kan stijven.

• Week 3 blaadjes gelatine minstens 1 uur in ruim koud water. 
• Doe 120 ml mandarijnensap samen met 25 g kristalsuiker in een steelpan. Knijp de gelatineblaadjes uit en voeg toe aan het sap. Verhit dit vervolgens al roerend tot ongeveer 60°C, tot de gelatine helemaal is opgelost.
• Laat het mengsel afkoelen tot kamertemperatuur. 
• Haal de slofjes uit de koelkast en verdeel het mandarijnensap over de slofjes.
• Plaats de slofjes terug in de koelkast om de gelatine op te laten stijven. 

• Klop 250 ml slagroom met 30 g kristalsuiker stijf.
• Haal de slofjes uit de koelkast en verwijder de ringen en de acetaatfolie.
• Doe de slagroom in een spuitzak met spuitmondje en spuit toefjes slagroom op de slofjes.
• Versier met partjes verse mandarijn en kruidnoten.
• Laat de slofjes een beetje op kamertemperatuur komen voordat je ze serveert, dan is de bodem minder hard. 

Sinterklaastaart

Sinterklaas is weer in het land. En dat betekent dat de meest spannende en meest leuke tijd voor kinderen weer is aangebroken, vooral als ze nog in de Goedheiligman geloven. Mijn nichtjes en neefjes twijfelden vorig jaar nog geen moment aan het bestaan van de Goede Sint, maar dit jaar hebben we een nieuwe afvallige in ons midden: mijn nichtje van 8 (bijna 9) heeft een paar weken geleden van haar beste vriendinnetje te horen gekregen dat Sinterklaas niet bestaat. Tranen met tuiten werden er gehuild.  

En hoewel ze heel goed heeft begrepen dat papa & mama de cadeautjes kopen, zat ze deze week weer als vanouds vol spanning voor de televisie het sinterklaasjournaal te kijken. Ja, die Sint die in het dorp wordt binnengehaald is nep, maar de Sint op televisie die is echt, die bestaat echt wel. Wat een heerlijk kind. Nu de intocht weer achter de rug is kan het grote aftellen tot pakjesavond weer beginnen. En wat is er dan lekkerder om helemaal in de stemming te komen met een overheerlijke sinterklaastaart. ♫ Zo lekker, zo lekker, zo lekker en zo zoet ♫

Ingrediënten

• 1 citroen
• 125 g amandelmeel
• 325 g kristalsuiker
• 1 ei
• 250 ml volle melk
• 25 g custardpoeder
• 2 eidooiers
• 250 g bloem
• 8 g bakpoeder
• 4 ¼ tl speculaaskruiden
• 80 g donkerbruine basterdsuiker
• snuf zout
• 330 g roomboter, zacht, in blokjes
• 60 g kruidnoten + extra voor decoratie
• 1 tl amandel-extract

Extra nodig

Taartring van 20 cm doorsnee, bakpapier, huishoudfolie, foodprocessor, spuitzak, spuitmondje

Tijd (ongeveer)

45 minuten bereiding, 24-25 minuten oven, minstens 5 uur wachten

• Maak eerst de amandelspijs. 
• Rasp de schil van een halve citroen.
• Doe 125 g amandelmeel, 125 g kristalsuiker, 1 ei en de citroenrasp in een foodprocessor en mix het geheel goed door elkaar tot een homogene massa. 
• Dek het amandelspijs af en plaats tot gebruik in de koelkast. 

• Maak de banketbakkersroom. 
• Breng 200 ml melk met 25 g kristalsuiker op laag vuur aan de kook.
• Roer in een kommetje 50 ml melk met 25 g fijne kristalsuiker, 25 g custardpoeder en 1 eidooier tot een glad papje.
• Giet een deel van de hete melk over het koude melkmengsel en roer goed door elkaar.
• Giet dit vervolgens terug bij de hete melk. Laat de room op laag vuur, onder voortdurend roeren, 2 minuten zachtjes doorkoken.
• Giet de banketbakkersroom over in een ondiepe schaal, dek af met huishoudfolie (druk de folie op de room) en laat afkoelen.

• Maak het deeg voor de taartbodem.
• Zeef 250 g bloem, 8 g bakpoeder en 3 tl speculaaskruiden boven en kom.
• Roer door elkaar met een garde.
• Voeg 100 g kristalsuiker, 80 g donkerbruine basterdsuiker, 1 eidooier, een snuf zout en 180 g zachte roomboter in blokjes toe. 
• Kneed de ingrediënten kort met de hand tot een samenhangend deeg. Kneed echt niet te lang door: zodra er van het deeg een samenhangende bal gevormd kan worden is het goed.
• Verpak het deeg in huishoudfolie en laat het een uur in de koelkast rusten.

• Verwarm de oven voor op 180°C. Bekleed een bakplaat met bakpapier.
• Bestuif je werkblad met wat bloem en rol hierop het deeg uit tot een ronde lap van ongeveer 1 tot 1,5 centimeter dik. 
• Steek met de taartring een ronde deegplak uit.
• Verwijder het overtollige deeg en leg de deegplak op de bakplaat. 
• Schep het amandelspijs op het deeg en spreid het met een spatel (of gewoon met de hand) uit tot 1,5 centimeter van de rand.
• Bak de taartbodem in 24-25 minuten gaar in het midden van de voorverwarmde oven.
• Verwijder voorzichtig de taartring en laat de bodem helemaal koud worden op de bakplaat.

• Maal 60 g kruidnoten fijn in de keukenmachine. Zet apart.
• Doe 250 g van de banketbakkersroom samen met 50 g kristalsuiker in een kom en klop met een mixer goed door elkaar.
• Klop er 150 g zachte roomboter in blokjes door.
• Klop er vervolgens 1 ¼ tl speculaaskruiden en 1 tl amandel-extract door. 
• Klop er ten slotte de fijngemalen kruidnoten door. 
• Doe de kruidnoten-botercrème in een spuitzak en spuit toefjes crème op de taartbodem.
• Versier de taart met strooigoed naar keuze.
• Serveer.

Banoffee taartjes

Wat maakt bakken toch zo leuk? Is het de voldoening en bevrediging wanneer er zo’n verrukkelijk zelfgefabriceerd baksel voor je staat? Is het het warme en opbeurende gevoel dat je er bij krijgt? Of zijn het de zoete & verleidelijke geuren die door je keuken zweven tijdens het hele bakproces? 

Ik weet niet wat de precieze reden is waarom ik zo dol ben op bakken, maar ik weet wel dat ik dolgelukkig was toen deze schattige banoffee taartjes voor mij op het aanrecht stonden. Wat een kleine schoonheden. Op de krokante taartbodempjes ligt een dikke laag kleverige dulce de leche (karamelpasta) met daarop plakjes zoete banaan, een klodder licht-frisse en luchtige slagroom die is opgeklopt met een kleine hoeveelheid zure room, en cacaopoeder. 

Ik vind banaan & karamel echt zo’n onweerstaanbaar lekkere combinatie, het is echt een match made in heaven. Het ultieme stukje comfort food waarbij zoetekauwen hun hart kunnen ophalen. Mij mag je op elk moment van de dag zo’n taartje geven. 


Ingrediënten

• 1 blikje zoete gecondenseerde melk 
• 210 g boter, zacht
• 105 g witte basterdsuiker
• 105 g lichtbruine basterdsuiker 
• 8 ½ g bakpoeder
• snufje zout
• snufje zuiveringszout 
• 290 g bloem
• 1 eidooier
• 250 ml slagroom
• 2 el fijne kristalsuiker
• 75 g zure room
• 2 grote bananen
• cacaopoeder

Extra nodig
10 ronde taart/bakringen van 6 cm doorsnede en 3 cm hoog, ronde uitsteker van 6 cm doorsnede, huishoudfolie, bakpapier, spuitzak, pan met deksel
Tijd (ongeveer)
45 minuten bereiding, 13 minuten oven, minstens 6 uur wachten

• Maak eerst de dulce de leche (karamelpasta). Verwijder de papieren wikkel van het blikje zoete gecondenseerde melk. Zet het blikje in een pan met ruim water. Het blikje moet zo ver mogelijk onder water staan. 
• Breng het water in de pan aan de kook en laat 2 ½ - 3 uur koken. Laat het deksel op de pan liggen. Kijk af en toe of het blikje nog wel onder water staat. Giet indien nodig wat extra kokend water in de pan. Laat het blikje met dulce de leche na het koken helemaal afkoelen voordat je ermee aan de slag gaat. 

• Maak de taartbodempjes.
• Meng 210 g zachte boter met 105 g witte- en 105 g lichtbruine basterdsuiker, 8 ½ bakpoeder, een snufje zout en een snufje zuiveringszout.
• Meng er 290 g bloem door.
• Voeg 1 eidooier toe en kneed tot een mooi samenhangend deeg. 
• Verdeel het deeg in twee gelijke delen. Verpak één deel in huishoudfolie laat het minstens 1 uur in de koelkast rusten. Het andere deel wordt voor dit recept niet gebruikt, en mag je invriezen voor later gebruik.

• Verwarm de oven voor op 180°C. Bekleed een bakplaat met bakpapier. Plaats de 10 bakringen op de bakplaat.
• Haal het deeg uit de koelkast en kneed het kort door.
• Rol het op een met bloem bestoven werkblad uit tot 10 millimeter dikte. 
• Steek met de ronde uitsteker 10 plakjes uit het deeg.
• Leg de deegplakjes in de bakringen.
• Bak de taartbodempjes in het midden van de voorverwarmde oven in ongeveer 13 minuten goudbruin en gaar. 
• Verwijder na het bakken onmiddellijk en heel voorzichtig de ringen met behulp van een ovenwant.
• Laat de taartbodempjes afkoelen op de bakplaat.

• Roer de dulce de leche los.
• Schep op elk taartbodempje een hoeveelheid dulce de leche en strijk glad. 
• Klop 250 ml slagroom met 2 el fijne kristalsuiker dik lobbig. 
• Voeg 75 g zure room toe en klop de slagroom stijf.
• Snijd twee grote bananen in schijfjes en beleg de taartjes met een aantal plakjes banaan.
• Doe de slagroom in een spuitzak en spuit de room op de plakjes banaan.
• Bestuif de taartjes met wat cacaopoeder.
• Serveer.